Zwaartekracht
- Gegevens
- Gemaakt op zondag 15 juni 2025 22:43
- Laatst bijgewerkt op zaterdag 05 juli 2025 15:32
- Gepubliceerd op zondag 15 juni 2025 22:43
- Hits: 142
Galileio Galilei
Isaac Newton (1643–1727)
Beschreef zwaartekracht
als een universele kracht.
“Elke massa trekt elke andere massa aan met een kracht die recht evenredig is met hun massa’s en omgekeerd evenredig met het kwadraat van de afstand tussen hun middelpunten.”
Voor Newton was zwaartekracht een universele kracht. Hij durfde echter geen uitspraak te doen over de oorzaak van deze kracht. In een beroemde brief aan Richard Bentley schreef hij: "That gravity should be innate, inherent and essential to matter... is to me so great an absurdity that I believe no man who has in philosophical matters a competent faculty of thinking can ever fall into it." Newton beschreef dus wat zwaartekracht deed, maar niet waarom die bestond. Formule van Newton voor zwaartekracht:
F = G ⋅ (m₁ ⋅ m₂) / r² Betekenis van de symbolen:
F: de zwaartekracht (in newton)
G: de zwaartekrachtconstante, met waarde G = 6,674 × 10⁻¹¹ N⋅m²/kg²
m₁, m₂: de massa's van de twee objecten (in kilogram)
r: de afstand tussen de massamiddens van de objecten (in meter) Dit betekent Hoe groter en zwaarder de twee objecten en hoe dichter ze bij elkaar staan hoe sterker de zwaartekracht en hoe kleiner en lichter de objecten en hoe verder ze van elkaar afstaan hoe zwakker de zwaartekracht. Voorbeeld: zwaartekracht tussen aarde en een appel
Massa appel: m₁ = 0,2 kg
Massa aarde: m₂ = 5,97 × 10²⁴ kg
Afstand tot aardcentrum: r ≈ 6,37 × 10⁶ m
Ingevuld:
F = 6,674 × 10⁻¹¹ ⋅ (0,2 ⋅ 5,97 × 10²⁴) / (6,37 × 10⁶)²
F ≈ 1,96 N
→ Dat is de zwaartekracht die gevoeld wordt als het “gewicht” van een appel.
Afstand afhankelijkheid: Als je de afstand r verdubbelt, wordt de kracht 4 keer zwakker. De zwaartekracht is omgekeerd evenredig met het kwadraat van de afstand . Dit betekent dat als je de afstand tussen twee objecten verdubbelt, de zwaartekracht tussen hen vier keer zwakker wordt.
Wederzijds: Massa 1 trekt massa 2 aan met precies even grote, maar tegengestelde kracht als omgekeerd (derde wet van Newton).
Universeel: Geldt zowel voor planeten als appels, sterren en mensen. Newton beschreef het mechanische aspect van de zwaartekracht. Echter niet waarom de zwaartekracht werkzaam is. Daarbij komt dat bij sommige omloopbanen zoals bijvoorbeeld de omloopbaan van Mercurius om de zon opviel dat de planeet zich iets anders gedroeg dan door de verwachting van de berekening via de zwaartekrachtformule van Newton. Einstein en zwaartekracht
Daarnaast geldt: massa is een vorm van energie. Ik vertegenwoordig met mijn massa dus ook een bepaalde hoeveelheid energie. De aarde, met haar veel grotere massa, vertegenwoordigt veel meer energie – en de zon nog vele malen meer.
Einsteins beroemde formule
E = mc²
laat zien dat massa (m) en energie (E) uitwisselbaar zijn. Waar massa is, is dus ook energie – en die energie vervormt de ruimte en de tijd. Deze vervormingen zorgen ervoor dat objecten geen rechte banen volgen, maar gebogen paden – alsof ze elkaar op natuurlijke wijze ontmoeten. Dat wij, en alle dieren, lucht en water, op aarde blijven, is een blijvend gevolg van deze vervorming van de ruimtetijd.
Einstein verving met zijn theorie de klassieke zwaartekracht van Newton. In plaats van een mysterieuze "kracht op afstand", spreekt hij van vervormingen in het vierdimensionale weefsel van de ruimte en de tijd: de ruimtetijd. Massa’s, energie en bewegingen beïnvloeden dit weefsel, en dat bepaalt hoe objecten bewegen.
De kromming van de tijd betekent ook dat tijd langzamer verloopt naarmate er meer massa in de buurt is. In de omgeving van een zwart gat, waar de massa van miljoenen tot miljarden zonnen samengeperst is, komt de tijd praktisch tot stilstand.

Ruimte en tijd worden als één geheel beschouwd – de ruimtetijd – en beïnvloeden elkaar voortdurend. Dit verklaart bijvoorbeeld waarom ik op een stoel voel dat ik "word aangedrukt": voor mijn achterwerk, dichter bij de massa van de aarde, verloopt de tijd nét iets langzamer dan voor mijn hoofd. Zwaartekracht is dus geen kracht, maar een verschil in tijdsverloop in de ruimtetijd.
Een mooie vergelijking is die van de tijd als een stromende rivier. Als er een obstakel in de rivier ligt – zoals een massa – moet het water eromheen stromen. Sommige delen van het water leggen dan een langere weg af. Zo verloopt ook de tijd trager nabij massa's.
Einstein stelt dat alles in de ruimtetijd zich met een constante snelheid voortbeweegt: de lichtsnelheid. Voor een stilstaand persoon op aarde geldt: hij beweegt vrijwel alleen door de tijd met die snelheid. Een foton beweegt daarentegen alleen door de ruimte en niet meer door de tijd. Wil ik langzamer door de tijd bewegen, dan moet ik meer snelheid door de ruimte maken – want de totale snelheid door de ruimtetijd blijft constant. Uitleg
1. Waarom voel ik zwaartekracht?
Omdat jouw lichaam in een gekromde ruimtetijd het 'natuurlijke pad' wil volgen (een geodetische lijn), maar de vloer van de aarde verhindert dat. Daardoor voel je een reactiekracht: je wordt in je stoel gedrukt.
2. Waarom verloopt tijd trager bij massa?
De aanwezigheid van massa beïnvloedt het verstrijken van tijd. In de buurt van zware objecten tikt de tijd letterlijk langzamer – wat is gemeten met klokken op vliegtuigen en satellieten.
3. Waarom beweegt alles met lichtsnelheid door de ruimtetijd?
De totale snelheid van alles door de vier dimensies van ruimtetijd is constant (de lichtsnelheid). Als je dus meer door de ruimte beweegt (zoals een foton), beweeg je minder door de tijd. En als je stilstaat in de ruimte, beweeg je maximaal door de tijd. Ruimtetijd
