Colofon
Het verschil tusse klassieke en atypische antipsychotica
- Gegevens
- Hoofdcategorie: medicatie
- Gemaakt op zaterdag 05 januari 2019 15:36
- Laatst bijgewerkt op dinsdag 23 april 2019 10:27
- Gepubliceerd op zaterdag 05 januari 2019 15:36
- Hits: 10809
Klassieke antipsychotica ofwel eerste generatie antipsychotica worden sinds de jaren ‘50 voorgeschreven en waren lange tijd het dominante middel voor de behandeling van psychoses. De klassieke (conventionele of typische)anti-psychotische medicatie blokkeert de dopamine aanmaak van met name de D4 dopamine receptoren in de hersenen.
Deze dopamine -blokkerende werking wordt in deze gedachtegang, verantwoordelijk gehouden voor het vermogen van de anti-psychotische medicatie om positieve symptomen zoals onrust angst en hallucinaties, te onderdrukken. De atypische antipsychotica worden sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw voorgeschreven. De atypische anti-psychotische medicatie heeft in tegenstelling tot de klassieke antipsychotica, een zwakke dopamine blokkerende werking bij de dopamine receptoren in de hersenen.
Afgezien dat de atypische anti-psychotische medicatie minder blokkerend werkt voor de dopamine receptoren, werkt deze medicatie wel blokkerend bij de dopamine receptoren: D1 en D2 receptoren in het mesocorticale en limbische hersengebied; Ook worden serotonine type 2–(5HT2-) receptoren in de prefrontale cortex geblokkeerd. Er zijn vijf soorten dopamine receptoren in de hersenen bekend onder de namen D1, D2, D3, D4 en D5. Nog onduidelijk is waarom de atypische anti-psychotica in staat zijn de positieve symptomen van schizofrenie zo effectief onderdrukken en tegelijkertijd zo weinig bijverschijnselen hebben. De bijwerkingen van atypische antipsychotische medicijnen met name de extra piramidale bijwerkingen zoals blijvende tremoren en spierstijfheid zijn minder dan die van klassieke antipsychotische medicijnen Dat is de reden dat atypische antipsychotica tegenwoordig steeds vaker voorgeschreven worden.
Het werkingsmechanisme van beide geneesmiddelen is vergelijkbaar. Ze helpen de psychotische symptomen onder controle te houden door de moleculen in de dopamineroutes van de hersenen te blokkeren. De atypische antipsychotische medicatie is effectiever dan de klassieke antipsychotica. De snelheid waarmee het geneesmiddel bij een persoon werkt, is groter.
Wanneer een patiënt eenmaal is begonnen met antipsychotica, is de verslaving aan klassieke antipsychotica ernstiger dan atypische antipsychotica. Mensen die klassieke antipsychotica gebruiken, zullen zelden stoppen met de medicatie. Dat is de reden waarom artsen nu veel vaker atypische antipsychotica voorschrijven. Veel mensen lijden aan ontwenningsverschijnselen als ze klassieke antipsychotica proberen te stoppen.
De tweede generatie antipsychotica wordt niet alleen gebruikt voor de behandeling van schizofrenie, maar ook voor depressie, bipolaire stoornissen, obsessieve compulsieve stoornis en manie.
De atypische antipsychotica zijn bekend om hun kalmerende werking. Het meest nadelige neveneffect van atypische antipsychotica is de toename van het prolactinegehalte, wat niet wordt waargenomen bij typische antipsychotica. De toename van het prolactinegehalte geeft aanleiding tot de ontwikkeling en vergroting van borsten met vloeistof die uit de tepels stroomt bij zowel mannen als vrouwen.
Aanzienlijke gewichtstoename, uitdroging van de mond en dementie is gemeenschappelijk voor beide soorten antipsychotica. klassieke antipsychotica.
Broomperidol (Impromen)
Chloorprotixeen (Trucal)
Chloorpromazine (Largactil)
Clopixol – depot
Fluanxol – depot
Flufenazine (Anatensol)
Flupentixol (Fluanxol)
Fluspirileen (Imap)
Haldol Decanoas – depot
Haloperidol (Haldol)
Impromen Decanoas – depot
Levomepromazine (Nozinan)
Penfluridol (Semap)
Perfenazine (Trilafon)
Periciazine (Neuleptil)
Pimozide (Orap)
Pipamperon (Dipiperon)
Trifluoperazine (Terfluzine)
Sulpiride (Dogmatil)
Zuclopentixol (Cisordinol) Atypische antipsychotica
Aripiprazol (Abilify)
Aripiprazol (Maintena) – depot
Clozapine (Leponex)
Paliperidon (Invega) – depot
Paliperidone palmitate (Xeplion, Trevicta) – depot
Olanzapine (Zyprexa)
Quetiapine (Seroquel)
Risperidone (Risperdal)
Risperidon (Consta) – depot
Sertindole (Serdolect)
Sulpiride (Dogmatil)
Lurasidon (Latuda)